De toorn van een waanzinnige God
Raymond E. Feist
Puc en zijn metgezellen ontdekken de ware aard van de duistere god van de Dasati. Derde en laatste deel van de saga van de duistere oorlog.
De uikomsten van de door Puc belegde ontmoetingen tusse de Koning van de Eilanden en de Keizer van Tsuranuanni loopt op niets uit. De koning verklaart dat hij onmogelijk miljoenen vluchtelingen onderdak kan bieden. Bovendien voelt hij er niets voor om zij aan zij met het leger van een verre handelspartner voor een bij voorbaat verloren zaak te strijden. Het gesprek eindigt op een bittere toon en is voor Puc een teken aan de wand.
Tot overmaat van ramp weet hij de keizer er niet van te overtuigen dat hun overwinning op Dasati slechts van tijdelijke aart is. Want duidelijk is dat magiërs van de Dasati met man en macht werken aan het herstel van de Scheuring. Elke dag die in besluiteloosheid wordt doorgebracht, is een verloren dag.
Intussen vindt er een ontmoeting plaats tussen de gokker en magiër Nakur en een jonge man, Ralan Bek. Nakur heeft meteen door dat deze is beroerd door de Naamloze, de ultieme god van het kwaad die de bron is van alle waanzin, chaos en moordzucht die Midkemia overspoelen en het Conclaaf bedreigen.
Nakur besluit Ralan geen ogenblik uit het oog te verliezen, omdat hij beseft dat de jongeman wel eens een belangrijke speler zou kunnen zijn in de op handen zijnde laatste confrontatie.
Bron: Boekenwereld